Examenvragen - Biologie - Augustus 2009


Vraag: Augustus 2009

Wat gebeurt met een rode bloedcel indien men deze in een hypertone omgeving brengt?
<A> Ze blijft even groot
<B> Ze krimpt
<C> Ze zwelt op
<D> Ze zwelt en zal barsten
Door een deelnemer gereconstrueerde vraag

Antwoord: B

Aangezien de concentratie buiten de bloedcel groter is dan de concentratie binnen de bloedcel, gaat het water naar buiten.
De bloedcel krimpt dus.

Vraag: Augustus 2009

Wat is geen vorm van vaccinatie?
<A> Een eiwit opsnuiven
<B> Een kind in contact brengen met een virus (bijvoorbeeld het pokkenvirus)
<C> Een persoon insluiten met een afgezwakte vorm van een virus
<D> Inspuiting met het DNA van een micro-organisme
Door een deelnemer gereconstrueerde vraag

Antwoord: B

B is geen vaccinatie: hier wordt de persoon geïnfecteerd met de ziekte zelf, en niet met een verzwakte vorm van de ziekteverwekker

Vraag: Augustus 2009

Welk van volgende sequenties geeft correct de stappen tot de aanmaak van een proteïne weer?
<A> DNA -> mRNA -> Translatie -> Transcriptie -> Eiwit
<B> DNA -> Transcriptie -> Translatie -> mRNA -> Eiwit
<C> Transcriptie -> DNA -> Translatie -> mRNA -> Eiwit
<D> DNA -> Transcriptie -> mRNA -> Translatie -> Eiwit
Door een deelnemer gereconstrueerde vraag

Antwoord: D

Het is zoals in antwoord D.

Vraag: Augustus 2009

Een bepaalde aandoening zorgt voor doofheid en problemen aan de nieren.
Gegeven is dat vrouwen in veel mindere mate doofheid en nierproblemen krijgen en mannen zowel doofheid als een probleem met de nieren ontwikkelen en hieraan zelfs sterven. Hoe nestelt deze ziekte zich op genetisch gebied?
<A> X-chromosomaal en recessief
<B> X-chromosomaal en dominant
<C> Autosomaal en recessief
<D> Autosomaal en dominant
Door een deelnemer gereconstrueerde vraag

Antwoord: A

Dit is zo bij een recessief X-gebonden allel.
Vrouwen hebben 2 X-chromosomen en zij moeten al een moeder en een vader hebben die het “zieke allel” draagt, wat veel minder voorkomt dan bij mannen, die maar 1 ouder moeten hebben die het allel draagt, omdat zij maar 1 X-chromosoom hebben.
Dus antwoord A.

Vraag: Augustus 2009

Welk van de onderstaande gebeurtenissen zorgt voor genetische variabiliteit?
<A> Mutatie
<B> Splitsen van de homologen in meiose 1
<C> Mitose
<D> Splitsen van de zusterchromatiden in meiose 2
Door een deelnemer gereconstrueerde vraag

Antwoord: A

Mutatie zorgt duidelijk voor genetische variabiliteit. Als het over de generaties een blijvend effect wil hebben, moet het wel in de geslachtschromosomen gebeuren.

Vraag: Augustus 2009

Het syndroom van Down gebeurt doordat er een individu ontstaat dat 3 keer het chromosoom 21 heeft in elk van zijn/haar cellen.
Wanneer wordt deze aandoening veroorzaakt?
<A> Tijdens de anafase van meiose I
<B> Tijdens de metafase van meiose II
<C> Tijdens de telofase va de meiose
<D> Tijdens de S-fase va de mitose
Door een deelnemer gereconstrueerde vraag

Antwoord: A

Door een anafase I of anafase II non-disjunctie (dus het niet uit mekaar gaan van chromosomen/chromatiden).
Antwoord A.

Vraag: Augustus 2009

In de onderstaande stamboom is Ellen aangegeven door een zwart bolletje.
Hoeveel neven heeft Ellen?
<A> 2
<B> 3
<C> 4
<D> 5
Door een deelnemer gereconstrueerde vraag

Antwoord: C

Vier vierkantjes onderaan, waarbij haar broer niet inbegrepen is.
Antwoord C

Sirtaqi
©2017-2024 SIRTAQI